Wie zijn de gebruikers, wat is hun achtergrond, wat bindt hen? We kwamen al snel terecht bij dat Engelse – bijna aristocratische – clubgevoel: allure, traditie, trots. De nieuwe gebouwen zijn daar een weerspiegeling van.”
Liefde voor het ambacht.
Wie het nieuwe clubhuis ziet staan, zal de indruk hebben dat het daar al tientallen jaren – misschien zelfs wel langer – opgaat in zijn omgeving. Het Clubgebouw is met veel gevoel voor sfeer en traditie ontworpen.: de Manor-stijl, waarin het ambacht alle gelegenheid krijgt om zich van zijn beste kant te laten zien. Zo komen we handgevormde keramische leisteen en met de hand afgebikte paepenstenen (kloosterstenen) tegen, die ieder hun eigen verhaal vertellen en de sporen van de tijd dragen, maar ook de liefde voor het ouderwetse ‘craftsmanship’ uitstralen. Een ander kenmerk van deze typisch Engelse stijl is dat het gebouw zijn geschiedenis laat zien door middel van uiteenlopende aan- en uitbouwen, een woud aan schoorstenen en allerlei subtiele stijlverschillen, bijna alsof er in de loop der tijd door meerdere architecten aan is gewerkt. Ook het nieuwe clubhuis heeft die suggestie straks in zich, waardoor het ontwerp niet van de tekentafel vandaan lijkt te komen, maar juist de sfeer van historie en traditie met zich meedraagt.